dinsdag 12 januari 2016

Over Herman Finkers, Benedictus, Maslow en de zin van het leven

Vorige week had ik een goed gesprek met een collega over haar missie. Haar bestaansrecht. En over
de vraag waarom we ons zo druk maken over de plek die ons werk in ons leven inneemt. In de 'zoektocht naar gelukkig werken' maken we doelstellingen, volgen we cursussen en klagen we heel de dag door over hoe het zou moeten zijn. Tegelijkertijd valt ons op dat mensen makkelijker hun relatie verbreken omdat "hij niet de ware is" dan dat ze hun baan opzeggen.

Ieder antwoord brengt mij een nieuwe vraag. Hoe meer je weet, hoe minder je weet is een aloude Oosterse wijsheid. En hoe verder je komt, hoe groter de vragen worden. Dat is ook de reden van mijn vier maanden durende 'blogstilte' afgelopen jaar. Te grote vragen om in één blog op te lossen. 
De belangrijkste vraag is die waarom het onderwerp waar ik zo graag over schrijf enerzijds zo populair is en anderzijds zo weinig aandacht krijgt. Gelukkig zijn, jezelf worden, the pursuit of happiness, noem het maar op. Bladen, boeken, blogs, beurzen genoeg. Maar op straat loopt iedereen elkaar voorbij op weg naar een bestemming waar ze niet heen willen.

Het onszelf moeilijk maken, dat is onze natuur. Vorige maand volgde ik een tweedaagse training over persoonlijk leiderschap die me nieuwe antwoorden gaf. Dezelfde training van waaruit ik de opdracht kreeg een boek te kiezen uit de meegebrachte bibliotheek. Ik koos Paulo Coelho's 'De Alchemist', dat mij het antwoord gaf op een belangrijke levensvraag die ik eerder van een collega kreeg, waarop ik een antwoord heb gegeven op een van de laatste dagen van vorig jaar.

In de training leerde ik dat alle waarnemingen en gedachten die bij je binnenkomen, eerst langs een risico-assessment moeten in je amygdala.

Lees verder op bijoeben.nl.